Zzp’er en pensioen: zo regel je dit | MoneyMonk
Wie zzp’er is, moet zelf zijn pensioen regelen. Ook als dat moment nog heel ver weg is. Gelukkig kun je tegenwoordig op meerdere manieren makkelijk aan je pensioen bouwen. Een overzicht.
Voor we de manieren bespreken om pensioen op te bouwen als zzp’er, frissen we heel even je geheugen op: je pensioen is het geld dat je opzij zet voor het moment dat je stopt met werken. In Nederland krijg je sowieso AOW, het basispensioen, maar de meeste mensen kunnen hier niet van leven. Daarom is het dus zaak dat je zelf pensioen opbouwt.
Ben je in dienst, dan doet je werkgever dit meestal automatisch voor je. Maar werk je voor jezelf, dan moet je je pensioen dus zelf regelen. En ja, dat is anders dan geld in een oude sok stoppen: als je je pensioen officieel regelt, krijg je namelijk flink wat belastingvoordeel. Zo betaal je geen vermogensbelasting over het door jou opgebouwde bedrag voor je pensioen.
Pensioen opbouwen als zzp’er
Dit zijn de manieren om als zzp’er individueel pensioen op te bouwen.
1: Lijfrenteverzekering
De lijfrenteverzekering is een individuele pensioenverzekering die altijd aan een persoon gekoppeld is. Met een lijfrente bouw je fiscaal voordelig een pot geld op voor later. Hoe het werkt? Simpel: je stort periodiek - bijvoorbeeld elke maand of ieder kwartaal - geld op een geblokkeerde rekening bij een bank, verzekeraar of beleggingsinstelling. Tijdens de opbouwfase moet die rekening groeien.
Ga je met pensioen, dan krijg je de lijfrente uitgekeerd tot aan je dood - hoe oud je ook wordt. Maar kom je te overlijden nog voor je met pensioen gaat, dan houdt de verzekeraar je geld (tenzij je een aanvullende overlijdensverzekering afsluit). Bovendien is de hoogte van je uitkering via een lijfrenteverzekering afhankelijk van de winst van de verzekeraar. Daarom weet je op voorhand niet exact hoeveel lijfrente je uitgekeerd krijgt.
2. Banksparen
Banksparen lijkt op een lijfrenteverzekering. Je stort namelijk geld op een geblokkeerde rekening en bouwt zo (belastingvriendelijk) pensioen op. Toch zijn er enkele belangrijke verschillen. Banksparen levert vaak meer op dan een lijfrenteverzekering door de lagere kosten en een hogere rentevergoeding. Bovendien ontvangen je nabestaanden wel een uitkering als je overlijdt voordat je pensioenpot op is.
Is er dan geen nadeel van banksparen t.o.v. van een lijfrenteverzekering? Jawel, want bij banksparen spreek je een termijn af (meestal 20 jaar) waarin het volledige pensioen wordt uitgekeerd. Leef je langer dan de afgesproken termijn? Dan moet je het tot aan je overlijden doen met een lager maandinkomen.
Dit zijn de twee officiële manieren om aan je pensioen te bouwen als zzp’er. Wil je hier geen gebruik van maken, denk dan eens aan…
3. Je hypotheek aflossen
Als je hypotheek is afgelost op je pensioendatum, liggen je vaste lasten een stuk lager. Je hebt dan dus minder pensioenvermogen nodig. Maar ja: als je geld nodig hebt voor de boodschappen, vakantie of andere doeleinden, kun je er natuurlijk niet zomaar bij. Fiscaal aantrekkelijk is het ook niet per se. Even over nadenken dus.
4. Zelf sparen of beleggen
Goed, die oude sok kun je best vullen. Of je kunt gaan beleggen. Maar als je spaart, maak je nauwelijks rendement én moet je op een gegeven ogenblik vermogensbelasting gaan betalen. Liever beleggen? Dan moet je rendement eigenlijk boven het inflatiepercentage liggen. Tegenwoordig is dat geen sinecure. Bovendien brengt beleggen altijd risico’s met zich mee; je kunt je inleg (deels) kwijtraken.